Recentelijk heeft de commissie van aanbestedingsexperts een nieuw advies uitgebracht. Daarin bepaalt zij, naar aanleiding van een voorgelegd praktijkgeval door een misnoegde concurrent, het volgende.
Indien een publiekrechtelijk orgaan aan een opdrachtnemer doorlopend een bepaalde opdracht gunt die telkens voor een jaar geldt, dan speelt het aanbestedingsrecht daarbij wel degelijk een rol. De gedachte van een gemeente was dat, indien de waarde van de opdracht maar onder de grenswaarde van 750.000 € bleef, de gemeente de vrijheid had deze opdracht telkens aan dezelfde partij te gunnen (dat deden zij namelijk al 40 jaar en aan hetzelfde bedrijf). Het aanbestedingsrecht was volgens haar niet van toepassing. Mind you: Het betrof een opdracht voor het jaarlijks begeleiden en organiseren van de jaarlijkse kermis, aanbestedingsbedrag 12.850 €!
De crux was de volgende omstandigheid.
Deel 2 van de Aanbestedingswet is weliswaar niet van toepassing (door de beperkte omvang van de waarde van de opdracht), maar (een afdeling uit) deel 1 van de Aanbestedingswet is wel van toepassing. Met name artikel 1.4 en 1.6 spelen een rol. Deze verplichten het publiekrechtelijke orgaan om de keuze voor een enkelvoudige procedure te motiveren en de keuze voor de opdrachtnemer moet ook gemotiveerd worden. Daarbij moeten objectieve criteria worden gehanteerd.
Tevens bestaat natuurlijk de Gids Proportionaliteit, maar die geldt normaliter NIET bij enkelvoudige onderhandse aanbestedingen. Maar de gemeente had deze in haar standaard inkoopbeleid wel algemeen van toepassing verklaard. Dat bracht met zich dat de gemeente, daardoor, gehouden was om haar keuze alsnog op objectieve gronden te motiveren: enerzijds de keuze van de enkelvoudige onderhandse procedure en anderzijds de keuze van de opdrachtnemer. Als ‘objectief’ geldt dan NIET een veertigjarige relatie, of dat de gemeente de opdrachtnemer goed kent en dat de contractwaarde maar een (zeer) beperkte omvang behelsd.
Alles samengevat handelde de gemeente in strijd met de Aanbestedingswet 2012 en de Gids proportionaliteit. Conclusie: er moest opnieuw worden gegund, maar dan volgens de juiste procedure.
Mijn gedachte: Gemeente pas eerst het inkoopbeleid aan. Gun de opdracht dan alsnog aan dezelfde partij.
Advies aan u: mochten dit soort opdrachten tot uw palet horen check dan even hoe het zit met het inkoopbeleid bij de desbetreffende opdrachtgever. Of u kunt dat ons laten doen, graag zelfs.